Masutatsu Oyama
Oprichter Kyokushin Karate
Op 27 juli 1923 wordt Masutatsu (Mas) Oyama geboren in Gimje, Zuid-Korea.
Toen hij slechts 9 jaar oud was bestudeerde hij al het Chinese Kempo en diverse vormen van Taekwondo. Op 15-jarige leeftijd stuurde zijn vader hem naar Japan, dit was kort voor het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. Hier was hij begonnen met het bestuderen van Judo, hierin behaalde hij uiteindelijk een 4e Dan.
Mas Oyama schreef zich in 1938 in op de school van Gichin Funakoshi om zich te wijden aan Goju-Ryu van Yamaguchi, onder de leiding van So Nei Shu. Mas Oyama heeft onder de leiding van So Nei Shu zijn kennis opgedaan over Zen-meditatie.
Ondertussen heeft Mas Oyama zich opgewerkt naar een 4e Dan Karata-Do titel, en wint in 1947 het eerste All Japan Championship.
Mas Oyama was groot fan van het boek ‘De Strategie van de Samoerai’ van samoerai (en schrijver) Miyamoto Musashi. Dit boek inspireerde hem zelfs zoveel dat hij zich in 1948 voor een periode van 18 maanden terugtrok in het gebergte Mount Kiyosumi in de Japanse provincie Chiba.
Tijdens deze 18 maanden onderwerpt Mas Oyama zich aan gedisciplineerde trainingen van het lichaam en de geest. Zijn dagelijkse routine was een wisselwerking tussen fysieke training en Zen-meditatie.
De soms erbarmelijke omstandigheden waar Mas Oyama zich in bevond waren het fundament waarin hij langzaam zijn vorm van Karate ontwikkelde. De rechtlijnige technieken van Funakoshi combineerde hij met de Goju-Ryu cirkelvormige bewegingen. De punt en cirkel zijn het wezen van de Karate die Mas Oyama ontwikkelde. De overige nadruk lag voornamelijk op een zo realistisch mogelijke aanpak van vrije gevechten.
Mas Oyama was van mening dat hij zijn stijl moest testen in een (sur)realistische, bedreigende situatie, dit was voor hem de enige manier om de effectiviteit te toetsen. Hierdoor kwam hij in 1950 op het idee om een gevecht aan te gaan met een stier. In een slachterij huurde hij een ruimte waarin hij 3 stieren doodde en van nog eens 49 stieren sloeg hij de horens af. Mas Oyama was overtuigd van zijn stijl en trok vervolgens door Azië en de V.S. om met tientallen uitdagers (van boksers tot judoka’s en worstelaars) te vechten en hen allen in slechts enkele seconden te verslaan.
Zijn eerste dojo opende hij in 1953 in Mejiro, Tokio. Pas in 1956 kan je spreken over de werkelijke start van de Oyama-leer en Kyokushin Karate.
Kyokushin, de stijl van ‘de uiterste waarheid’, wordt pas echt populair in 1964 bij de opening van de Honbu-dojo (hoofdkwartier Kyokushin).Tevens richt Mas Oyama dan de IKO (International Karate Organisation Kyokushinkai-kan) op om zijn karatestijl wereld bekend te maken. De stijl die gebaseerd is op het principe van de samoerais: ‘osu no seinchin’ of ‘de geest van de volharding’ – 1000 dagen trainen een beginner, 10.000 dagen trainen een meester.
Naast vele spectaculaire demonstraties van Mas Oyama werd Kyokushin voornamelijk bekend door een reeks fantastische boeken zoals ‘What is Karate’ 1985, ‘This is Karate’ 1965, ‘Advanced Karate’ 1970 en ‘Karate, the World of the Ultimate’ uit 1984.
De meest spectaculaire gebeurtenis binnen Kyokushin is de 100-man kumite. Dit is een test waarbij je achtereenvolgend met 100 tegenstanders een gevecht aangaat. Dit is een zeer uniek gebeuren binnen de vechtsportwereld,en vanzelfsprekend zijn er slecht enkelen die de test doorstaan. Mas Oyama heeft deze test zelf drie maal achterelkaar gedaan in drie opeenvolgende dagen…na drie dagen waren er geen tegenstanders meer beschikbaar.
Op dit moment zijn er wereldwijd miljoenen leerlingen die veel plezier beleven aan de erfenis van Mas Oyama. Op 26 april 1994 stierf hij in Tokio na een langdurige periode van ziekte. Sinds zijn dood is de oorspronkelijke Japanse organisatie van Mas Oyama helaas uiteengevallen in splinterbewegingen die zich allen Kyokushinkaikan noemen. Al deze splinterbewegingen hebben een eigen aanhang wereldwijd.